Tijdens de viering van 160 jaar afschaffing van de slavernij heeft vicepresident (vp) Ronnie Brunswijk in zijn toespraak benadrukt dat de gevolgen van de slavernij nog steeds voelbaar zijn voor de nazaten van de tot slaaf gemaakten. Hij gelooft dat door kennis en dialoog over dit beladen onderwerp positieve inzichten kunnen worden verkregen om ermee om te gaan.
Brunswijk roept de Surinaamse bevolking op om verenigd te zijn en met name de nakomelingen van de tot slaaf gemaakten om solidariteit te tonen en onderlinge strijd achterwege te laten. Hij pleit voor een nieuw elan waarin de emancipatiegedachte de boventoon voert, zonder ruimte voor achterdochtigheid, discriminatie, onbetrouwbaarheid en minderwaardigheidscomplexen.
De vp benadrukt dat verdeeldheid leidt tot mentale afbrokkeling en vernietiging van de geest. Hij constateert dat er weinig bekendheid is over de overleveringen van de slavernij en dat er onvoldoende aandacht wordt besteed aan dit thema in het onderwijs.
Brunswijk hoopt dat de juiste geschiedenis van het koloniale verleden wordt onderwezen aan schoolkinderen. Hij ziet het als een positieve ontwikkeling dat er verschillende perspectieven bestaan over het slavernijverleden en dat er een publiek debat plaatsvindt, zowel in Suriname als Nederland. Hij benadrukt dat het tijd is om te werken aan historisch bewustzijn en duurzame verwerking van het slavernijverleden, na de excuses van de Nederlandse minister-president Mark Rutte en koning Willem-Alexander.
Brunswijk beschrijft de pijn die de nakomelingen van de tot slaaf gemaakten in Suriname nog steeds voelen en roept de Surinaamse samenleving op om harder te werken aan eenheid. Hij moedigt de nakomelingen van de tot slaaf gemaakten aan om zelf hun ontwikkeling ter hand te nemen en benadrukt dat een grotere eenheid binnen de groep zal zorgen voor een krachtigere stem. De vp zei verder dat het verleden niet hun lot moet bepalen.