Jaarlijks loopt de staat US$ 50 miljoen mis aan inkomsten door de smokkel van vis. Surinaamse vis wordt met boten, met vergunning afgegeven door het ministerie van Landbouw, Veeteelt en Visserij (LVV) en gesmokkeld naar andere landen om die te verkopen. Dit maakte LVV-minister Parmanand Sewdien bekend in het parlement tijdens de begrotingsbehandelingen 2021.
Sewdien gaf aan dat het ministerie jaarlijks een vergunning verstrekt aan de houders van vissersboten. “We verlengen de vergunningen elk jaar. Als we bijvoorbeeld de Venezolaanse vissersboten onder de loep nemen, dan bestaat hun visseizoen uit acht maanden. In deze periode kunnen ze maximaal twaalf ritten maken,” zei Sewdien.
De realiteit wijst volgens de minister uit dat meer dan 100 boten niet eens drie ritten maken. Ze komen een keer om hun vergunning op te halen en een ander keer om te laten zien dat ze actief zijn. Voor de rest heb je geen zicht op ze. Wat doen ze met hun vangst, vroeg hij zich af.
Volgens de LVV-bewindsman heeft hij een nieuw voorstel voor het verlenen van de vergunningen. Zijn voorstel is dat de vergunningen niet meer uitgegeven worden voor een jaar, maar voor de duur van drie maanden. Mocht dit systeem niet werken, dan wil de minister per rit een vergunning uitgeven. Dan is de minister ervan verzekerd dat de boten terugkeren.
