De welbekende Drs. Sirahmpersad Eduard Jharap, meer bekend als Eddie Jharap, laat zich ten behoeve van de leek uit over de opbrengsten van de ‘nieuw’ ontdekte off-shore olie van Suriname. Jharap was de eerste directeur van Staatsolie en zwaaide er de scepter van 1980 tot 2006. Hieronder de verdeling van opbrengsten per afzonderlijk olieveld uit Suriname’s diep-offshore aardoliecontracten.
“De Staat Suriname krijgt allereerst een royalty van 6,25 procent van de bruto-productie. Dan worden de jaarlijkse kosten voor exploratie, productie-installaties en operationele kosten betaald tot een maximum van 75 procent van de jaarproductie van dat jaar. Als de te betalen kosten meer zijn, dan wordt het restant nog te betalen kosten overgeheveld naar het jaar daarop. Wat van de brutoproductie overblijft is Profit-oil: Minimaal (100 procent – 6,25 procent – 75procent)= 18,75 procent gedurende de eerste vijf jaar. Naarmate de investeringskosten terugbetaald zijn, zal de Profit-oil toenemen en een belangrijke toename van de inkomsten-belastingen uit de olieproductie aan de staat geven.
Staatsolie is concessiehouder en agent van de staat en krijgt, zonder eigen kapitaal inbreng, een aandeel in de Profit-oil, op basis van een formule. Naarmate de investeringskosten terugverdiend worden (5-6jaar) zal het aandeel van Staatsolie oplopen van 20 procent naar 80 procent van de Profit-Oil. Elke partij die Profit-Oil ontvangt, moet daarover 36 procent Inkomsten-Belastingen betalen aan de Staat.
Staatsolie heeft ook het recht om tot 20 procent deel te nemen aan de ‘Contractor-zijde’ en moet dan ook tot een maximum van 20 procent van alle exploratiekosten, investeringskosten en operationele kosten mee betalen. Deelname is belangrijk: zo kan controle van binnenuit uitgevoerd worden.”