Tijdens een discussieavond georganiseerd door de Nationale Partij Suriname (NPS) genaamd “Verlengen schooltijden, zin of onzin” benadrukte voorzitter Gregory Rusland het belang van een nationale dialoog over het ministeriële voorstel om schooltijden te verlengen. De bijeenkomst, gehouden in Grun Dyari, trok diverse sprekers die het complexe vraagstuk vanuit verschillende invalshoeken belichtten, met als doel beleidsmakers te voorzien van concrete aanbevelingen voor het onderwijssysteem.
Ivan Fernald, die de avond opende, stelde dat de toekomst van Suriname sterk afhankelijk is van de kwaliteit van zijn onderwijs. De partij benadrukt de noodzaak voor een open maatschappelijk gesprek over dit onderwerp, buiten de gebruikelijke politieke kaders om.
Humphrey Bendt, een van de sprekers, is een voorstander van langere schooltijden als middel om de onderwijsachterstanden aan te pakken, een probleem dat al jaren door de huidige minister van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur, Henry Ori, is geïdentificeerd. Met slechts een klein percentage van de bevolking dat hoger onderwijs heeft genoten, ziet Bendt een dringende behoefte aan verbetering van het onderwijsniveau.
Daarentegen betwijfelt Marcelino Nerkust, voorzitter van de FOLS, of Suriname klaar is voor deze stap. Hij benadrukt de noodzaak van een haalbaarheidsstudie om de mogelijkheden en gevolgen van langere schooltijden te onderzoeken, en merkt op dat eerdere pogingen om de schooltijden te verlengen niet succesvol waren.
Zakenman Ray Jong A Lok erkent de potentieel positieve impact van langere schooltijden, maar benadrukt het belang van een inclusieve aanpak waarbij alle betrokken partijen worden gehoord. Hij pleit voor een gedegen planning en het nastreven van een gezamenlijk doel om de kwaliteit van het onderwijs in Suriname te verbeteren.
De discussieavond weerspiegelt een brede erkenning van de noodzaak tot hervorming van het Surinaamse onderwijssysteem, met diverse meningen over de haalbaarheid en wenselijkheid van het verlengen van schooltijden. Het initiatief onderstreept de noodzaak van een nationale dialoog om te zorgen voor een onderwijssysteem dat alle Surinamers ten goede komt.