Het project ‘Bookopondo heepi Bookopondo’ (Brokopondo helpt Brokopondo) is geinitieerd, om de achterstand bij de kinderen van het district weg te werken. Stichting voor onderzoek naar en ontwikkeling van Caribische Gemeenschappen legt in dit project basisprincipes van rekenen, taal, wis- en natuurkunde op VOS- en VOJ-niveau in de moedertaal uit aan leerlingen, waardoor de vakken in het Nederlands beter begrepen worden.
“Ik ben zelf van Brokopondo en ik heb zelf gezien hoe het is om in de stad naar school te moeten en niet te snappen waar het over gaat”, aldus Soulamy Laurens, voorzitter van Stichting voor onderzoek naar en ontwikkeling van Caribische Gemeenschappen.
In filmpjes van ongeveer vijf minuten worden instructies gegeven vanuit de eigen belevingswereld van de leerlingen door vooral leerkrachten . “Je kunt het kind leren om de oppervlakte van een voetbalveld uit te rekenen, maar het weet soms niet eens wat ‘oppervlakte’ betekent. Als kinderen deze uitleg in hun eigen taal krijgen dan zie je de opluchting bij hen”, zegt zij.
De kinderen van Boven-Suriname kunnen niet vallen onder het project dat door Rosebel Goldmines gefinancierd wordt, ondanks zij dezelfde moedertaal hebben. Graman Albert Aboikoni der Saramaccaners heeft gevraagd om scholen van zijn gebied ook mee te nemen in dit project, omdat hij de overtuiging draagt dat dit de schoolprestaties kan verbeteren. De stichting wil gehoor geven hieraan.
Een voorbeeld van een redactiesom: ‘Bus rijdt van plaats A naar B’ wordt vervangen met ‘boot vaart van Klaaskreek naar Nieuw Lombe.’ Er worden namen van bekende personen binnen de eigen gemeenschap gebruikt in plaats van bijvoorbeeld ‘Jan en Piet’.
Laurens garandeert dat er niet getornd wordt aan het curriculum van het ministerie van Onderwijs, Wetenschappen en Cultuur. “We ondersteunen met dit project juist het leerproces in het achterland”, die ondanks de wateroverlast vlekkeloos verloopt op plaatsen waar het mogelijk is.
Op de website en Facebook pagina van de stichting zijn de filmpjes ook te vinden. USB-sticks worden ook gebruikt om de filmpjes naar scholen te sturen ten behoeve van de leerlingen. De stichting wil hiermee achthonderd leerlingen te bereiken.
