“Sranan is een cultureel erfgoed dat we moeten koesteren en behouden,” aldus linguïst Hein Eersel. Als verbindende taal van Suriname wordt Sranantongo, of kortweg Sranan, dagelijks door veel Surinamers gesproken. Maar hoe is de taal ontstaan, wie hebben bijgedragen aan haar ontwikkeling, en hoe spreek en schrijf je het Sranan correct? De antwoorden op deze vragen en meer worden de komende weken gedeeld met de samenleving, nu november door diverse organisaties in het teken staat van Sranantongo.
Onder de naam “Sranantongo Wiki” organiseren Stichting Skrifi, het Nationaal Archief Suriname, NAKS, Schrijversgroep ’77, en de Sranan Akademiya een reeks evenementen om de taal te eren en de bijdrage van taalpioniers te vieren. Van 12 november tot 13 december opent Stichting Skrifi samen met NAKS en het Nationaal Archief Suriname de expositie “A tori fu a Sranantongo”. Deze tentoonstelling, gebaseerd op de archieven van de prominente taaldeskundige Hein Eersel, belicht de rijke geschiedenis en ontwikkeling van het Sranantongo.
Naast de expositie worden twee lezingen gehouden in het Nationaal Archief Suriname. Kevin Headley, maker van de expositie, benadrukt het belang van Sranantongo voor de Surinaamse identiteit: “De taal is van ons allemaal. We moeten zorgen dat we haar juist gebruiken en de jongeren laten zien wat Sranantongo betekent en kan betekenen. De humoristische spotjes van wijlen Harold Braam zijn voor mij een mooi voorbeeld van de kracht van onze taal – het Sranan spreekt rechtstreeks tot onze emoties en maakt het zo bijzonder.”
Op woensdag 13 november organiseert Schrijversgroep ’77 een thema-avond gewijd aan de schrijvers die hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van het Sranantongo. Vicevoorzitter Sylva Koemar beschrijft de inzet van deze “strijders van het Sranan” als een oproep tot trots: “Zij geloofden in ‘Un eigi sani.’ Het is aan ons om hun werk voort te zetten en liefde voor onze taal en identiteit levend te houden.”