Het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur streeft ernaar om 15 februari te beginnen met onderwijs in het binnenland. Er zijn informatiesessies gehouden op 3 februari met leerkrachten uit het achterland. Tijdens deze sessies is met schoolleiders gediscussieerd over de opstart van het onderwijs in het binnenland.
Volgens Yuro Dipotaroeno, directeur Algemeen Vormend Onderwijs, zal het ministerie slechts een ondersteunend faciliterende rol vervullen. “Wij pretenderen niet alles te weten vanachter ons bureau in Paramaribo. We hebben de schoolleiders en leerkrachten nodig om het beleid voor het binnenland uit te voeren.”
Voor de opstart van het onderwijs op de 94 basisscholen in het binnenland presenteerde de commissie twee voorbeelden namelijk het verstrekken van lespakketten voor taal en rekenen en een radioprogramma.
Belangrijk is dat er rekening zal worden gehouden met de plaatselijke taal van de leerlingen, alsook de verschillen in leefomstandigheden en cultuur. Bovendien is vanuit de afdeling Curriculum Ontwikkeling gestart met het ontwikkelen van zelfinstructielessen, waarbij het kind met minimale ondersteuning van een volwassene aan de slag kan. Van de aanwezige schoolleiders werd gevraagd als dit voldoende is of als zij andere ideeën hebben om de leerlingen de faciliteren.
De deelnemers waren niet tegen de voorstellen, aangezien online lessen in hun werkgebied niet mogelijk zou zijn. Ook de radioprogramma’s zouden niet overal van toepassing kunnen zijn. Het gebruik van WhatsApp-berichten om in contact te zijn met ouders is haast onmogelijk door slecht of geen internetverbinding. De schoolleiders zien dus graag dat de regering zo snel mogelijk een mogelijkheid creëert om fysiek les mogelijk te maken.