De regering heeft besloten om het ingediende wetsontwerp over grondenrechten aan te passen na kritiek van Inheemse en Marron gemeenschappen en maatschappelijke organisaties. De wijzigingen zullen als een nota van wijziging worden ingediend bij De Nationale Assemblée (DNA) om collectieve grondenrechten wettelijk te verankeren.
Het oorspronkelijke wetsvoorstel verplicht de Staat slechts om rekening te houden met deze rechten bij het toekennen van concessies aan derden. De regering benadrukt dat de aanpassing een structurele oplossing biedt door collectief grondenrecht vast te leggen. Op haar instructie heeft een informele Werkgroep Grondenrechten de nota van wijziging opgesteld, waarin inzichten van diverse belanghebbenden zijn verwerkt.
De aangepaste wet krijgt het karakter van een raamwet en bevat bepalingen over de vastlegging van traditionele woon- en leefgebieden, de erkenning van traditionele bestuursstructuren en procedures voor het aanvragen van collectief grondenrecht. Daarnaast wordt een gemeenschapsfonds opgericht om lokale ontwikkeling te stimuleren.
Deze aanpassingen komen te midden van oplopende spanningen rond het grondenrechtenvraagstuk. Onlangs protesteerden Inheemse gemeenschappen tegen houtconcessies in hun leefgebied en riepen op tot intrekking van concessies en strengere wetgeving. Ook maatschappelijke en politieke organisaties blijven druk uitoefenen op de regering om concrete stappen te zetten.
President Santokhi verzekerde dat de regering zich blijft inzetten voor de bescherming van de rechten van Inheemse en tribale gemeenschappen en streeft naar een rechtvaardige oplossing die hun historische aanspraken erkent.
