Een voorstel tot het invoeren van een identificatieplicht op straat werd recent besproken tussen de minister van Justitie en Politie, Kenneth Amoksi, korpschef Bryan Isaacs en procureur-generaal Garcia Paragsingh. Dit werd bekendgemaakt tijdens het zogenaamde driehoeksoverleg.
De minister benadrukte het belang van deze maatregel tijdens een persconferentie na de regeringsraadvergadering (RRV), waar hij verklaarde: “We hebben gesprekken gevoerd in het zogenaamd driehoeksoverleg. Wij denken aan het invoeren van de identificatieplicht.” Volgens Amoksi kan een identificatieplicht helpen bij het bestrijden van criminaliteit, een model dat in veel landen, vooral in de Westerse wereld, gangbaar is.
Het voorstel impliceert dat eenieder die zich op straat bevindt, verplicht is zich te legitimeren wanneer de bevoegde instanties hierom vragen. Indien men dit niet kan, kan men naar een politiebureau worden afgevoerd om de identiteit vast te laten stellen.
Naast de identificatieplicht werden tijdens het overleg andere zaken besproken in het kader van criminaliteitsbestrijding. Dit omvat onder andere het probleem van voertuigen met onleesbare kentekenplaten en getinte autoruiten, wat de politie hindert in hun werk. Daarnaast zal de Most Wanted-lijst binnenkort geüpdatet worden en zal de Vreemdelingenpolitie worden gereorganiseerd om illegaal verblijf van verdachten en vreemdelingen aan te pakken.
De samenwerking tussen de politie en het leger wordt ook geïntensiveerd, met de mogelijkheid om de Chetak-legerhelikopters in te zetten waar nodig. Verder zal de informatievoorziening naar de samenleving worden verbeterd, waarbij het natraject van criminele daden, waaronder aanhoudingen en inbeslagnames, ook openbaar zullen worden gemaakt, aldus de minister.