Het naar beneden aanpassen van de brandstofprijzen na de daling van de internationale marktprijzen moet gezien worden als een tegemoetkoming aan het volk. Dit zegt minister Saskia Walden van Economische Zaken, Ondernemerschap & Technologische Innovatie (EZ). Volgens haar wordt er nog steeds geen complete governmenttake ingehouden op benzine. Ook na de daling kiest de staat ervoor om dat niet te doen.
De prijs van unleaded is vandaag met SRD 0,50 omlaag gegaan, waardoor aan de pomp SRD 17,45 wordt betaald. Dat is het gevolg van een internationale daling van de prijs. De regering kon ervoor kiezen om dit verschil als governmenttake te innen, maar geeft die terug aan de samenleving.
Vorige maand is de subsidie op brandstof, volgens de IMF-maatregelen, compleet afgebouwd. De regering ‘speelt’ af-en-toe met de governmenttake om zo internationale schokken op te vangen en de prijs in Suriname stabiel te houden.
Walden zegt dat er rekening mee gehouden moet worden dat de prijzen internationaal bepaald worden en dus kunnen dalen of stijgen. In dit geval zijn ze gedaald. De minister benadrukt dat de focus vooral ligt op het stabiel houden van de prijs en tegelijkertijd de mogelijkheden bekijken voor het zo laag als mogelijk houden van deze prijs in het voordeel van de samenleving.
Volgens de bewindsvrouw zijn er nog grote schulden bij oliemaatschappijen. Deze schulden zijn overgenomen én toegenomen door de tijd heen. Deze schulden moeten nog afgelost worden.