Blijdschap en omhelzingen vulden de rechtszaal nadat rechter Shanti Bikhari het Centraal Bureau voor Burgerzaken (CBB) had veroordeeld om binnen zeven dagen het huwelijk van twee gelijkgeslachtelijke koppels in te schrijven. Bij niet-naleving riskeert het CBB een boete van SRD 10.000 per dag, oplopend tot maximaal SRD 1 miljoen. “Een prachtige overwinning,” reageerde Juan Pigot van stichting Parea Suriname, een platform voor LGBTQ+ professionals. De uitspraak, gedaan in een bodemprocedure die sinds 2023 loopt, wordt gezien als een belangrijke stap in de erkenning van gelijkheid.
De zaak draait om koppels die in 2018 in Argentinië zijn getrouwd, maar bij terugkeer in Suriname geconfronteerd werden met de weigering van het CBB om hun huwelijk te registreren. Na juridische stappen bij het Constitutioneel Hof en de rechter, is nu een duidelijk signaal afgegeven: huwelijken tussen personen van hetzelfde geslacht moeten worden erkend. “Dit betekent dat de rechter in Suriname bevestigt dat deze huwelijken legaal moeten worden ingeschreven,” benadrukt Pigot. “We zijn voor wetgeving afhankelijk van de politiek, maar een rechterlijke uitspraak staat daarboven.”
De zaak onderstreept een bredere maatschappelijke verschuiving. Volgens Pigot is de samenleving inmiddels grotendeels bereid om huwelijken van gelijkgeslacht te accepteren, maar blijven beleidsmakers achter. De rechter heeft daarom de Staat opgedragen de wetgeving in lijn te brengen met internationale verdragen.
In augustus 2024 werd het nieuwe Burgerlijk Wetboek aangenomen, maar de bescherming en erkenning van LGBTQ+ rechten werden buiten beschouwing gelaten. Dit wetboek treedt in mei 2025 in werking. “De Nationale Assemblee heeft nog tijd om hun fout te herstellen,” stelt Pigot. “Deze uitspraak kunnen ze niet negeren – nu is het moment om de wet rechtvaardiger te maken.”
