Minister Dinotha Vorswijk van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB) heeft door een presidentieel besluit een beperking gekregen in haar bevoegdheden. Beschikkingen over grondzaken mogen pas door haar worden ondertekend na screening en goedkeuring door onderminister Sieuw Ramsukul, wat wordt gezien als een vorm van politiek toezicht. Opmerkelijk was haar afwezigheid bij de beëdiging van Ramsukul en andere onderministers, evenals die van minister Delano Landvreugd van Binnenlandse Zaken.
Vicepresident Ronnie Brunswijk, tevens voorzitter van de ABOP, benadrukte na de beëdiging dat de minister het laatste woord heeft op het ministerie, ondanks dat de onderminister rechtstreeks aan de president verantwoording aflegt. Binnen de ABOP heerst verdeeldheid over de benoeming van Ramsukul als onderminister.
Ramsukul, die al directeur was bij GBB, heeft nu een uitgebreide taakomschrijving. Hij moet toezien op een correct gronduitgiftebeleid, achterstallige aanvragen inventariseren en klachten van burgers behandelen. Met deze benoeming wil de regering de efficiëntie van het grondbeleid verhogen en bestaande problemen aanpakken. De ontwikkelingen zijn het onderwerp van discussie binnen zowel de regering als de coalitie.
En.. wat vond je van dit artikel?