De leerlingen in het binnenland krijgen nog geen onderwijs, omdat de leerkrachten nog niet zijn vertrokken. Minister Levens van Onderwijs zei daarover in de Nationale Assemblee dat er vanuit het departement alle voorbereidingen waren getroffen zodat de onderwijsgevenden naar hun standplaats konden gaan. Maar de leerkrachten gaven aan dat zij op dat moment financieel niet in staat waren om voor langere tijd proviand aan te schaffen.
De ontberingstoelage die de leerkrachten ontvangen blijkt volgens de minister niet voldoende te zijn. Zij deelde de Volksvertegenwoordiging mee dat de regering zal nagaan of hier eventueel toch nog sprake moet zijn van een verhoging, omdat de prijzen enorm hoog zijn. Verder zei de minister dat door het late vertrek van de leerkrachten naar hun standplaats, zij twee weken later beginnen met de school dan in de stad het geval is. Het gevolg hiervan is dat de achterstand in het binnenland verder oploopt.
Ook het onder water lopen van gebieden zorgt voor extra probleem in het binnenland. Het gebied dat ondergelopen was, is nog niet helemaal onder controle, omdat er veel geld nodig is om alle reparaties uit te voeren. De minister informeerde het college over het spoed reparatieprogramma dat naar het ministerie van Financiën en Planning is gestuurd zodat er kan worden besloten hoeveel er gerepareerd kan worden en hoeveel meubels er opnieuw kunnen worden aangeschaft .
Over de achterstand in het binnenland, zei de minister dat die landelijk is, maar echter per gebied verschilt. Sommige gebieden hebben maar één kwartaal afgerond, andere twee kwartalen en er zijn scholen die het derde kwartaal bijna afgerond hebben. Het binnenland zit in de groep die maar één kwartaal heeft afgerond, dus er is een behoorlijke achterstand die langzaam maar zeker wordt ingehaald. Minister Levens zegt niet te hopen dat er zich andere problemen zullen voordoen.