Het ministerie van Arbeid, Werkgelegenheid & Jeugdzaken (AWJ) doet naar aanleiding van een interview op sociale media met de scholier die onlangs slachtoffer is geworden van pesten en geweld door medescholieren, een beroep op mediawerkers na te laten om het recht op privacy van kinderen te schenden. Het Kinderrechtenverdrag stelt dat elk kind recht op privacy heeft en dat geen enkel kind mag worden onderworpen aan willekeurige of onrechtmatige inmenging in zijn of haar privéleven.
“Breng daarom geen minderjarigen als slachtoffer, als verdachte of als dader in de publiciteit, want u schaadt het kind daarmee,” meldt het ministerie. In het bedoelde interview werd de scholier als slachtoffer gevraagd of hij op jongens valt en waarom hij als een meisje loopt.
Afgezien van het feit dat het ministerie zich afvraagt wat de relevantie van deze vragen is en welk belang de mediawerker hiermee probeert te dienen, vindt het ministerie het afkeurenswaardig dat privacygevoelige informatie van het kind via internet en andere media wordt verspreid.
Het ministerie roept de bedoelde mediawerker op, alsook het medium waar deze medewerker aan is verbonden, om direct het interview in kwestie te verwijderen van het internet en overige media, opdat verdere schade wordt gestopt die de publicatie toebrengt aan de persoonlijke levenssfeer van de scholier en zijn familie.
Het is niet de eerste keer dat mediawerkers zich schuldig maken aan het schenden van het recht op privacy van kinderen. Eerder heeft een mediawerker een videoproductie gepubliceerd waarbij hij een interview had afgenomen van een 6-jarig meisje dat slachtoffer was van seksueel misbruik. Ook had een medium eerder naam en toenaam met foto’s van jeugdige verdachten van een moord op een kapitein van een Inheems dorp gepubliceerd. In al deze gevallen heeft het ministerie zijn afkeuring geuit.
“Minderjarigen zijn extra kwetsbaar, houdt u daarmee rekening. Zeker wanneer het gaat om slachtoffers, verdachten en daders. Maakt u het leed van minderjarige slachtoffers niet groter dan wat het al is,” benadrukt het ministerie in een bericht.