Daggelden die assembleevoorzitter Marinus Bee van de Abop, heeft aangevraagd bij de Centrale Bank van Suriname wil de oppositie nog verantwoord zien. De reis naar het Afrikaanse land Gabon, op uitnodiging van Conservation International Suriname (CIS), blijkt achteraf niet ingevuld te zijn door een parlementaire afvaardiging te gaan.
Bee deelde het parlement mee, dat hij een uitnodiging heeft gekregen van CIS en dat ook heeft geaccepteerd, maar vroeg 22.554,16 US dollar aan voor een parlementaire delegatie die zou afreizen, terwijl het tweede niet helemaal op waarheid lijkt te berusten.
BEP en NDP staan erop dat het parlement binnen een week hierover omstandig wordt geïnformeerd. Voorlopig onderzoek toont aan, dat er zes mensen op de lijst zijn opgebracht, waarvan uiteindelijk vijf zijn vertrokken, waaronder een dochter van Bee. Medewerkers van het parlement reisden mee als ondersteuners van Bee.
Hoogstwaarschijnlijk heeft Bee de gelden aangevraagd als aanvullende kosten, waarop hij meent recht te hebben als voorzitter van het parlement. Het gaat dus om het upgraden van zijn ticket van economy- naar businessclass, aanvullende daggelden en andere kosten. Volgens BEP en NDP moet in alle gevallen waar het zou gaan om een parlementaire afvaardiging een besluit worden genomen. Dit is geenszins het geval geweest.
Beide oppositionele partijen benadrukken schriftelijk aan de leiding van het parlement, dat er geen parlementaire beslissing is genomen over de afvaardiging van leden, noch het toekennen van financiële middelen aan deze delegatie. “Voor de fracties is het bedenkelijk dat uitgerekend de voorzitter van DNA de geldende regels, procedures en gebruikelijke conventies van het hoogste college van Staat heeft omzeild”,
BEP EN NDP keuren de handelswijze van voorzitter Bee af. Hij is in hun ogen juist de persoon die moet waken over de procedures, wetten, conventies en orderegels, zodat deze worden nageleefd. De oppositionele partijen stellen dat hier “mogelijk de Anticorruptiewet is overtreden”.