NDP-voorzitter Jennifer Geerlings-Simons heeft zondag, na het uitbrengen van haar stem, verklaard dat zij binnen alle geledingen van haar partij – tot en met het hoofdbestuur – de volledige ondersteuning geniet om na de verkiezingen op te treden als presidentskandidaat van de NDP. “Voor nu is het belangrijk dat de NDP de verkiezingen wint,” benadrukte ze.
Volgens Simons is het een realistische inschatting dat de partij bij deze verkiezingen rond de twintig zetels in De Nationale Assemblee zal behalen. Ze liet zich daarmee duidelijker uit dan partijondervoorzitter Ashwin Adhin, die eerder op de ochtend verklaarde dat hij zich nog steeds kandidaat stelt voor het presidentschap namens de NDP. Daarmee blijft de strijd om het leiderschap binnen de partij open, sinds het overlijden van erevoorzitter Desi Bouterse.
Simons beschreef de aanloop naar de verkiezingen als “zeer enerverend”, waarbij vooral het samenstellen van de kandidatenlijsten voor de Ressortraad (RR), Districtsraad (DR) en De Nationale Assemblée (DNA) tot de zwaarste fases behoorde.
Indien de NDP deel uitmaakt van de volgende regering, zal volgens Simons prioriteit worden gegeven aan wetgeving die zorgt voor transparant en eerlijk bestuur. Bestuurlijke decentralisatie is daarbij eveneens een belangrijke pijler. Daarnaast wil ze werk maken van het herschikken van schulden met internationale schuldeisers. “Dat is belangrijk, want we zullen geld nodig hebben om te investeren in onderwijs, volksgezondheid en de productiesectoren.”
Simons hekelde ook het beleid van de zittende regering onder leiding van president Chan Santokhi. “De VHP laat het land in een slechtere staat achter dan waarin ze het aantroffen,” stelde zij.
Wat betreft toekomstige coalities liet Simons weten alleen te willen samenwerken met partijen en personen die de kernwaarden van de NDP delen. “Niet met zij die het volk laten lijden door enkel te focussen op macro-economische doelen, en geen oog hebben voor de mensen die het land draaiende houden – zoals leerkrachten, verpleegkundigen en artsen. Dat soort beleid breekt de ontwikkeling van het land juist af.”
