Minister Rishma Kuldipsingh heeft op maandag 22 maart 2021 de Vaste Commissie voor Arbeid, Werkgelegenheid & Jeugdzaken van De Nationale Assemblee geïnformeerd over betreffende beleidsgebieden. De bewindsvrouw stelde de DNA-leden op de hoogte van het beleid dat in de komende periode in praktijk zal worden gebracht ten behoeve van de jeugd en de arbeidsmarkt. Zij zei het belangrijk te vinden om regelmatig het beleid te evalueren en waarbij de suggesties van de DNA-leden meegenomen kunnen worden.
Minister Kuldipsingh heeft verschillende onderwerpen aan de orde gesteld zoals opvang, begeleiding en bescherming van de jeugd, jeugdparticipatie, kinderarbeid, arbeidsinspectie, arbeidsmarkt en werkgelegenheid. Zij deelde de leden mee dat er reeds wetten zijn voorbereid met betrekking tot seksueel molest op de werkvloer en gelijke behandeling, die zo gauw als mogelijk behandelt moeten worden in DNA. Ook zal er in de komende periode gewerkt worden aan deskundig personeel ter begeleiding van de jeugd. In dit kader zal het personeel getraind worden en indien nodig zal er deskundigheid worden aangetrokken. Voorlopig wordt middels voorlichting via de (sociale) media-aandacht besteed aan sociaal-maatschappelijke aspecten, vanwege de Covid-19-situatie die de fysieke activiteiten beperkt.
Minister Kuldipsingh heeft ook de plannen ten behoeve van de arbeidsmarkt en werkgelegenheid gepresenteerd. Er wordt reeds gewerkt aan modernisering van processen. Naar aanleiding daarvan gaf zij aan dat ook de trainingsinstituten Stichting Arbeidsmobilisatie en Ontwikkeling (SAO), Stichting Productieve Werkeenheden (SPWE) en Suriname Hospitality and Tourism Training Center (SHTTC) samen zullen werken om landelijk personen te kunnen accommoderen met trainingen en begeleiding.
De leden van de Vaste Commissie stelden het onderhoud op prijs en gaven allen hun suggesties en feedback met betrekking tot het beleid. Zij deden specifieke voorstellen over vraagstukken waarvan zij op de hoogte zijn vanuit de gemeenschap. De leden zegden hun ondersteuning toe aan de bewindsvrouw om het beleid kritisch te blijven volgen en suggesties te doen indien nodig.