Marrondag is vanaf 10 oktober 2010 een Nationale vrije dag(erbij). De dag wordt nog niet echt als nationale dag ervaren landelijk. Marronkenner André Pakosie, Introduceerde de dag na toestemming van de Gaaman der Saamaka, Okanisi (Ndyuka), Pamaka en Matawai stammen. De datum van 10 oktober was een voorstel van Jozef Daniel Aboikoni, die toen de oudste Gaaman was , en door zijn gemeenschap als zeer wijs werd ervaren. Het is dit jaar 262 jaar geleden, dat het eerste verdrag werd gesloten.
“De discussie over de vele nationale vrije dagen wil ik bij deze niet aanwakkeren, maar wil slechts een bescheiden bijdrage leveren aan het waarom deze dag wel als een nationale dag voor alle Surinamers zou moeten worden ervaren. Evenwel, kan het ook wat ingrediënten opleveren om ons stelsel van vele nationale vrije dagen te helpen evalueren”, zegt Alfaisi, voorzitter van DOE.
Volgens Alfaisi is elke vredesverdrag met de toenmalige kolonisator bijzonder, en zou door de eigen stam op gepaste wijze gevierd moeten worden. Dit zou ook gezien kunnen worden als een deel van de Black History van Suriname voor het land en zijn bewoners. Nederland werd erkend als een machtige wrede kolonisator, die niet-blanken niet erkende als mens. De voorouders hebben tegen dit systeem strijd gevoerd met minder wapens en overwonnen. Het zou anders niet eindigen in vredesverdragen, waarin zelfbestuur is afgedwongen. Elke Surinamer, ongeacht de achtergrond heeft dit als erfenis.
Wij zouden van de daken nationaal en internationaal moeten schreeuwen: “Hier in dit land zijn wij de nakomelingen van heldhaftige strijders, die hebben gestreden tegen onmenselijkheid en slavernij en voor vrijheid. De strijd die ook gewonnen is door onze voorouders van de machtige kolonisator”, aldus Alfaisi.
De voorzitter roept op tot samen erkennen van de verworvenheden van elke groep in Suriname, zodat wij komen tot meer integratie als bevolking.