De hovenierstraining voor tuinbouw en landbouw in Coronie verloopt voorspoedig en wordt met enthousiasme gevolgd door de deelnemers. Dit werd bevestigd tijdens een werkbezoek op zaterdag 15 februari 2025 door een delegatie van het ministerie van Arbeid, Werkgelegenheid & Jeugdzaken (AWJ), onder leiding van de directeur van Jeugdzaken, Genti Mangroe.
De delegatie constateerde dat de 25 jongeren die deelnemen aan de zesweekse training gemotiveerd zijn en de aangeleerde vaardigheden succesvol in praktijk brengen. Tijdens het bezoek werd onder andere een markoesa-aanplant van een deelnemer geïnspecteerd.
De gewassen zagen er veelbelovend uit, wat de potentie van markoesa als inkomstenbron voor Coroniaanse boeren onderstreept. Dit gewas is relatief eenvoudig te telen en biedt goede marktwaarde, zowel lokaal als internationaal.
De training, die op 16 januari 2025 van start ging, wordt volledig gefinancierd door het ministerie en heeft als doel kanszoekende jongeren te voorzien van de kennis en middelen om in de agrarische sector aan de slag te gaan. De deelnemers ontvingen een starterspakket met laarzen, handschoenen en gereedschap, zodat zij hun vaardigheden ook na afloop van de training kunnen benutten. De uitvoering en begeleiding zijn in handen van Firdaus Master Gardener en het onderdirectoraat Nationale Jongeren Aangelegenheden (NJA).
Met deze opleiding hoopt het ministerie niet alleen de zelfredzaamheid van jongeren in Coronie te bevorderen, maar ook een bijdrage te leveren aan de heropleving van de agrarische sector in het district. Coronie heeft een rijke landbouwgeschiedenis, maar kampt met een tekort aan jonge arbeidskrachten. Door jongeren te enthousiasmeren en hen praktische vaardigheden aan te leren, wordt getracht deze sector nieuw leven in te blazen.
De delegatie zal op zondag 16 februari 2025 ook een soortgelijke training in Nickerie bezoeken. Naast directeur Genti Mangroe bestaat de groep uit onderdirecteur Nationale Jongeren Aangelegenheden Madhoerie Moenesar en projectteamleden Emelia Sanwikarta en Kenneth Brispat.