Minister Albert Ramdin van Buitenlandse Zaken, International Business en Internationale Samenwerking (BIBIS) benadrukt dat Suriname zich niet afhankelijk opstelt en geen beroep doet op liefdadigheid. De ontvangen schenkingen zijn het resultaat van internationale samenwerkingen en afgestemd op de behoeften van het land. Tijdens een persconferentie op maandag 23 oktober gaf de bewindsman een overzicht van de middelen die via deze samenwerkingen zijn verkregen.
In totaal gaat het om een bedrag van US$ 20 miljoen Amerikaanse dollar, dat zorgvuldig zal worden besteed. Minister Ramdin wijst erop dat er vaak wordt gevraagd wat buitenlandse reizen opleveren en wat de concrete resultaten zijn. Hij benadrukt dat er tot en met oktober op bilateraal niveau, in de samenwerking tussen landen, US$ 9,5 miljoen aan ondersteuning is gerealiseerd.
“Deze bedragen zijn geen leningen; het zijn schenkingen. We houden onze hand niet op. Het is geen bedeltoer; het is internationale samenwerking gebaseerd op onze wederzijdse behoeften”, aldus de bewindsman. Op multilateraal niveau, in samenwerking met organisaties, is er in de afgelopen twee jaar tot op heden US$ 12 miljoen gerealiseerd. Minister Ramdin verwacht dat de middelen voor multilaterale samenwerkingen in de toekomst zullen toenemen.
Daarnaast meldt hij dat er US$ 1,1 miljoen beschikbaar is uit het SDG Fund voor activiteiten in Suriname. “Dus in totaal US$ 20 miljoen tot en met oktober van dit jaar,” vat de bewindsman samen. “Hoewel het om kleinere bedragen gaat, kunnen ze een aanzienlijke impact hebben op de samenleving. We zullen ze zorgvuldig benutten en er geldt strikte regelgeving voor de vereiste rapportages.”