Tijdens een persconferentie op donderdag 2 september is leiding van het ministerie van Defensie de breedvoerig ingegaan op actuele vraagstukken betreffende het defensieapparaat. Minister Mathoera bleef ook stilstaan bij de vorderingen betreffende het beleidsplan 2021-2026 van het ministerie van Defensie alsook de rol van het leger bij beheersbaar maken van de Covid-19-pandemie.
De defensieminister merkt op dat er in de samenleving een discussie is of militairen zich mogen verenigen in een vakbond. “Wij zijn nog bezig met beraadslagingen. Wij willen wel inspraak regelen. Volgens wet-en regelgeving is er ruimte voor een overlegorgaan. Echter is het overlegorgaan nog niet geïmplementeerd.
Op het departement hebben wij al een staatsbesluit voorbereid dat goedgekeurd moet worden door de president”, aldus de bewindsvrouw. Eind 2021 moet dit overlegorgaan reeds ingevuld zijn, waardoor manschappen van het leger meer inspraak zullen hebben. In het orgaan zullen een vertegenwoordiging van de overheid en een vertegenwoordiger van alle krijgsmachtsdelen van het leger zitting hebben.
Ook de wapendiefstal bij oud-president Desiré Delano Bouterse kwam ter sprake. Minister Mathoera accentueerde dat behalve het onafhankelijk onderzoek van het Openbaar Ministerie (OM) er intern heel veel werk is verzet. “Wij hadden een werkgroep geïnstalleerd die inmiddels een uitgebreid rapport heeft gepresenteerd met alle wettelijke regels en procedures met betrekking tot legerwapens en attributen,” aldus de bewindsvrouw.
De leiding van het departement is na een veelomvattende discussie tot de conclusie gekomen dat enkele aanpassingen noodzakelijk zijn binnen de huidige wetgeving. Er is een strenge inspectie geweest bij alle diensten en afdelingen waar er wapens zijn.