Na een coalitietop over de omstreden gronduitgifte aan de stichting van minister Delano Landvreugd (Binnenlandse Zaken) heeft VHP-fractieleider Asis Gajadien zich fel uitgesproken over de betrokken bewindslieden. Volgens hem zouden drie ministers moeten opstappen: Landvreugd zelf, Dinotha Vorswijk (Grondbeleid en Bosbeheer) en Uraiqit Ramsaran (Sociale Zaken en Volkshuisvesting).
“Mijn normen van moraal en ethiek zijn hoog. Maar Asis beslist niet. Na de feiten die gepresenteerd zijn, neemt de president het besluit,” zei Gajadien. Tijdens de vergadering op het Kabinet van de President is erkend dat er procedurele fouten zijn gemaakt bij de uitgifte van de grond.
Naast de juridische kant van de zaak wordt ook gekeken naar de politieke stabiliteit binnen de coalitie. Gajadien verwacht dat president Santokhi snel met een officiële reactie komt.
Voor het bewuste terrein in Blauwgrond werd in 2014 ruim SRD 1 miljoen betaald door de Staat. Omgerekend tegen de toen geldende koers ging het om ongeveer 300.000 Amerikaanse dollar. Gajadien vindt dat deze zaak verder onderzocht moet worden, omdat er mogelijk meer onregelmatigheden aan het licht kunnen komen.
Hij verwijt Ramsaran dat hij geen bezwaar maakte tegen de toewijzing van het terrein aan de stichting van Landvreugd, terwijl de directeur van Sociale Zaken zich daar juist tegen verzette. Voor Gajadien reden genoeg om te stellen dat Ramsaran zijn functie zou moeten neerleggen.
Volgens de VHP-fractieleider moet er een diepgaand onderzoek komen en moeten er concrete maatregelen worden genomen. “Landvreugd was advocaat en had beter moeten weten,” aldus Gajadien, die niet tevreden is met hoe de regering met deze kwestie omgaat. De komende dagen wordt een reactie van de president verwacht.
