Er lijkt weinig vooruitgang te zijn in de financiële verhoudingen tussen het ministerie van Financiën en Planning en de Energie Bedrijven Suriname (EBS). Beide partijen geven elkaar de schuld van de aanhoudende wanbetaling, waarbij het ministerie beweert miljoenen van EBS te moeten innen, terwijl EBS stelt dat het ministerie juist moet betalen.
Minister Stanley Raghoebarsing van Financiën gaf onlangs aan dat EBS maandelijks SRD 250 miljoen niet overmaakt naar het ministerie. Echter, er is onenigheid over het exacte bedrag, aangezien EBS claimt dat het om een lager bedrag van ongeveer SRD 160 miljoen gaat. Hoe het ook zij, het geld is volgens de minister nog steeds niet ontvangen.
Leo Brunswijk, algemeen directeur van EBS, legt de situatie anders uit. Hij verwijst naar een staatsbegroting waarin SRD 2 miljard aan inkomsten van EBS voor de staat is opgenomen. In de praktijk wordt dit bedrag echter beïnvloed door diverse factoren, zoals de noodzaak om meer thermische energie op te wekken door een laag waterpeil in het stuwmeer. Bovendien wordt de energieprijs beïnvloed door een energiemix en krijgen sociale instellingen en de staat zelf geen facturen voor elektriciteit.
Brunswijk stelt dat 88% van het gefactureerde bedrag maandelijks wordt geïnd, wat resulteert in SRD 50 miljoen minder inkomsten. Hij benadrukt dat EBS in de praktijk meer heeft bijgedragen dan het daadwerkelijk heeft ontvangen en noemt een bedrag van ruim SRD 29 miljoen dat het ministerie van Financiën moet terugstorten. Ondanks de verschillende standpunten is Brunswijk bereid om de zaak opnieuw voor te leggen met de benodigde onderbouwing. Het lijkt erop dat de strijd tussen de twee partijen nog wel even zal voortduren.