Diana Pokie koestert geen wrok tegen ABOP in haar eerste publieke interview, na het ontslag op 12 juli. Zij doorbreekt na vier maanden eervol ontslag als minister van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB) het stilzwijgen. “Ik heb niets tegen de regels gedaan”, zegt zij met nadruk. De ex-minister heeft de partij de rug niet toegekeerd. Zij koestert geen wrok tegen de partij. Diana Pokie is uiteindelijk opgestapt als minister, omdat zij niet langer kon rekenen op draagvlak in haar partij.
“Waarom moet ik spuwen in een bord waaruit ik heb gegeten. Dat is niet mijner kija (opvoeding …,red).” Zij moest onder moeilijke omstandigheden haar ambt als minister neerleggen.
“Door Abop heb ik de eervolle functie van minister mogen uitoefenen. Ik heb in dit ambt veel ervaring, een netwerk en kennis opgebouwd. Daarom ben ik de partij uiteindelijk dankbaar”, geeft zij haar rede aan.
Diana Pokie diende op 12 juli haar ontslag in en twee dagen later werd het verzoek door president Chandrikapersad Santokhi geaccepteerd. “Ik wilde dingen op een rijtje zetten en in alle rust de situatie bestuderen”, legt zij uit. “De periode vanaf mijn verplicht verlof tot aan mijn ontslag was zeer turbulent en zeer moeilijk”. “Het waren zestig politiek donkere dagen en een tijd van lessons learned.”
Er is toch een bouwkavel in het spel geweest. Abop wilde dat zij als minister de mogelijkheid bekeek om een bouwkavel van een particulier over te dragen aan Leo Brunswijk, de jongere broer van Ronnie Brunswijk. “Ik weigerde, omdat er geen gronden aanwezig waren om dat te doen.” Dit was de kern van het conflict met Abop, die uiteindelijk heeft geleid tot het moeten neerleggen van het ministerschap.
Nu is zij ervan overtuigd dat een assembleelid onafhankelijker is dan een minister in de politiek. ” Ik zou nu niet meer mijn assembleezetel verwisselen. Ik roep anderen op dat ook niet te doen. Als minister was ik in dienst van de partijleider”, aldus Pokie over vicepresident Ronnie Brunswijk. “De verwachting is dat je je in dienst stelt van de partij.”
