Een vakbond bij het leger heeft beperkingen, die opgelegd zijn door de wet volgens minister Mathoera. Toch zegt zij dat het recht om te verenigen een grondrecht is. Grondrechten zijn vandaag ook niet ultiem. Er zijn dilemma’s. Uiteindelijk moet er gekozen worden voor het groter belang. Het recht op bescherming van de Surinaamse samenleving gaat altijd voor. ILO zegt dat voor bepaalde groepen vrijheid niet ongelimiteerd is.
Militaire vakbonden mogen geen pressiemiddelen gebruiken, geen acties voeren, en niet in militaire ruimten vergaderen. De ILO zegt deze dingen ook. Mathoera is zich ervan bewust dat vakbonden bij het Nationaal Leger gevoelig liggen, door de “bittere” geschiedenis.
Mensenrechten mogen bij de uitoefening van deze rechten door militairen niet in gedrang komen. De werkgever heeft de mogelijkheid om beperkingen in dit geval op te leggen aan militairen. Er zijn wettelijke richtlijnen die gevolgd moeten worden om problemen te voorkomen.
De bewindsvrouw is voorstander van medezeggenschap voor iedereen, omdat militairen ook “mensen, werknemers, Surinamers” zijn. Ook in het leger is volgens haar medezeggenschap een noodzaak. Zij wil zich altijd inzetten voor de rechtspositie van militairen, en hen geven waar zij recht op hebben.