Na ingrijpen van de rechter heeft de brandweerbond besloten de acties te staken. Een ander gevolg van het kort geding is dat de bond en de overheid, vertegenwoordigd door het ministerie van Justitie en Politie, weer met elkaar in gesprek moeten om tot een oplossing te komen. Het probleem van de uitbetaling van extra werk dat vorig jaar december is verricht, blijft onopgelost. De brandweerbond dringt er ook op aan dat de veiligheid van haar leden wordt verbeterd, een eis die steeds luider wordt maar tot nu toe onbeantwoord blijft.
De brandweer heeft al lange tijd geklaagd over de slechte kwaliteit van de benodigde uitrusting en een tekort aan materiaal om het werk te kunnen doen. Versleten brandweerjassen en schoenen, een wagenpark dat slechts met noodreparaties draaiende wordt gehouden. Er zijn te weinig blusvoertuigen en een groot deel daarvan verkeert ook in slechte staat. De roep om verbetering is de laatste maanden steeds luider geworden. Het niet uitbetalen van extra werk op zon- en feestdagen in december was de laatste druppel die de emmer deed overlopen.
De acties werden gestaakt nadat er een principeovereenkomst was gesloten met het ministerie. Echter, de acties werden hervat toen bleek dat het geld toch niet was uitbetaald. Minister Kenneth Amoksi beweert dat de overheid de brandweerlieden al tegemoetkomt voor onregelmatig werk door hen een extra 7% van hun bruto inkomen te betalen. Hij is van mening dat ze dubbel worden betaald en dat de overheid dit niet langer zal faciliteren. Totdat de zaak is opgehelderd, zal het geld niet worden uitbetaald, zo liet hij weten, nadat hij naar de rechter was gestapt.
“We hebben deelgenomen aan een kort geding dat door het ministerie was aangespannen,” meldt bondsvoorzitter Wendel Oosterwolde aan Starnieuws. “De rechter heeft geen uitspraak gedaan, maar heeft geadviseerd om de staking op te schorten en weer aan de onderhandelingstafel plaats te nemen. Dat hebben we gedaan en we wachten nu op een afspraak met de onderhandelingsorgaan.” Hij benadrukt dat het ‘decembergeld’ nog steeds de belangrijkste reden is, maar dat andere klachten dringender worden.
