De Bond Personeel bij de Surinaamse Luchtvaartmaatschappij (BP-SLM) eist meer betrokkenheid door de directie. Zij heeft dit schriftelijk laten weten aan SLM-directeur Paul de Haan. Door de directie is onlangs bekendgemaakt dat zij maatregelen zal treffen die betrekking hebben op afvloeien van het personeel.
Hieronder valt een vrijwillige vertrekregeling (VVR), een vrijwillige uitdiensttreding (VUT-regeling) en het terugbrengen van het aantal opgespaarde verlofdagen. Hoewel dergelijke maatregelen reeds waren opgenomen in het IATA-rapport onder de toenmalige leiding van Radjesh Radjkoemar, wordt nu getracht daaraan uitvoering te geven om ongeveer 100 personeelsleden af te vloeien.
De bond is niet te spreken over de werkwijze van De Haan. Zo werd de bond uitgenodigd voor een spoedbijeenkomst, zonder een voorafgaande agenda te ontvangen. Toch heeft die gemeend aanwezig te zijn, maar werd toen geconfronteerd met de maatregelen die de leiding wil treffen. Dit tot grote verbazing van de bond, die nooit eerder op de hoogte werd gesteld van ‘overtollig personeel’.
Integendeel, schrijft de bond, is gezegd door De Haan dat de operatie zal moeten groeien naar het huidig personeelsbestand en dat er niet aan afvloeien gedacht kan worden, gelet op de financiële positie van de SLM. Ook over het Herstelplan van de SLM heeft de bond veel vragen. Tot op heden kennen het personeel en de bond de inhoud van dit plan niet.
De bond beroept zich op de cao met betrekking tot overtolligheid. Hierin staat onder andere dat de SLM geen besluit kan nemen met betrekking tot de overtolligheid van één of meerdere groepen van werknemers, anders dan in overleg met de bond. Gelet hierop, constateert de bond dat de directie artikelen uit de CAO naast zich neerlegt en negeert.
De bond vraagt de directie om het pad van confrontatie te verlaten en het ‘harmoniemodel’ te volgen. Hierbij stelt hij dat die niet achteraf ingelicht wil worden over besluiten die reeds genomen zijn. Dat valt volgens de BPSLM niet onder de noemer van ‘betrokkenheid’. De bond benadrukt dat zij zich niet blindelings zullen neerleggen bij de besluiten van de directie.
