Tijdens de behandeling van de initiatiefwetten Money Laundering en Terrorisme Financiering en Internationale Sancties op donderdag, stond ook de kwestie van de inbeslagname van 19,5 miljoen euro in 2018 door het Nederlandse Openbaar Ministerie centraal. Assembleeleden uitten kritiek over deze zaak, waarbij het OM van Nederland de Surinaamse banken DSB, Finabank en Hakrinbank wil horen.
Assembleelid Stephen Tsang (NDP) drong er bij de regering op aan om duidelijkheid te verschaffen over de situatie rondom de beschuldigingen van het witwassen van drugsgelden door Surinaamse systeembanken. Hij stelde vragen over de jurisdictie van het Nederlandse OM in Surinaamse zaken en benadrukte de mogelijke gevolgen voor Suriname’s financieel systeem.
Tsang vroeg waarom het Nederlandse OM niet samenwerkte met Surinaamse instanties als het informatie had over vermeend witwassen door lokale banken.
“De economie is letterlijk gegijzeld door het Nederlandse OM,” verklaarde Tsang, die ook wilde weten welke stappen de regering heeft genomen om officieel protest aan te tekenen bij Nederlandse en internationale instanties om de rechtmatigheid van de inbeslagname te onderzoeken.
Tijdens de discussie spraken verschillende assembleeleden zich uit over de kwestie. Rabin Parmessar (fractieleider NDP) suggereerde dat Nederland de inbeslagname mogelijk heeft gebruikt om de verkiezingen van 2020 te beïnvloeden. Ivanildo Plein (NPS) drong aan op snelle duidelijkheid van de regering over de recente ontwikkelingen, die volgens hem de behandeling van de wetten overschaduwen.
Ronny Asabina, fractieleider van de BEP, benadrukte ook de noodzaak van transparantie vanuit de regering over deze zaak. Verschillende NDP-fractieleden uitten hun frustratie over de houding van Nederland, terwijl Ebu Jones waarschuwde voor de economische impact van de inbeslagname en het gevaar van internationale blacklisting voor Suriname.
VHP-fractieleider Asis Gajadien weerlegde de beschuldigingen van politieke beïnvloeding en benadrukte dat gebrek aan transparantie de kern van het probleem is. Volgens hem is er geen sprake van immuniteit als er geen volledige openheid van zaken wordt gegeven.
