Schoolleider Lucenda Schmidt pleit voor fysieke openstelling van de scholen in het binnenland, met in achtneming van de covid-19 regels. Volgens haar is dit voorlopig de enige manier om te voorkomen, dat kinderen in het binnenland verstoken blijven van onderwijs. Ouders en leerkrachten in dit gebied missen de praktische voorzieningen, om deel te nemen aan het afstandsonderwijs, zoals aangekondigd door het ministerie van Onderwijs, Wetenschap en Cultuur(Minowc), vanwege de covid-19 pandemie.
“Ik weet waarover ik praat als het gaat om de tekortkomingen die leerkrachten ervaren in het achterland: slechte drinkwater- en sanitaire voorzieningen, geen elektriciteit en hoge winkelprijzen voor de dagelijkse benodigdheden. Ook de bus- en boottransport is duur.” Zo maakt schoolleider Lucenda Schmidt van de Evangelische Broeder Gemeente school Botopasi in het Boven-Surinamegebied duidelijk. “Als er brandstof is draait het dorpsaggregaat hooguit vier tot vijf uren, maar over het algemeen is er geen brandstof”, zegt het schoolhoofd van de onwerkbare situatie.
Veel ouders missen het geld om een (extra) smartphone of tablet aan te schaffen. “Ze hebben over het algemeen ook niet de vaardigheden om hun kroost met de lesstof bij te staan”, volgens Schmidt. “Daarnaast komen sommigen door hun dagelijkse beslommeringen er niet aan toe hun kinderen te helpen.” volgens de schoolleider. Schmidt is zelf afkomstig uit het binnenland (Klaaskreek) en staat al 23 jaren voor de klas. Zij heeft gewerkt in het Aucaans, Matawai- en Paramaccaans gebied. Op haar huidige standplaats heeft zij een goede samenwerking met het dorpsbestuur van Botopasi, namens wie zij de zorgelijke onderwijssituatie bekendmaakt.
Moeders met kroost in verschillende klassen, die aan het woord zijn gelaten, delen mee dat zij een telefoon hebben, maar geen geld om data te kopen. Deze ouders zijn geïnformeerd door de school over afstandsonderwijs. Zij moesten hiervoor hun telefoonnummers doorgeven, zodat zij schoolopdrachten konden ontvangen van de school. “De juffrouw weet dat velen van ons geen telefoon kunnen kopen en dat we onze kinderen niet kunnen helpen met huiswerk”. Dit zegt één van de vrouwen. “We weten ook niet wat geleerd wordt op school”, vult de andere aan.