De meeste leden in de tweede kamer zijn niet te spreken over het feit dat er relatief lage straffen door het openbaar Ministerie worden opgelegd bij seksueel misbruik van minderjarigen. Dit gebeurt zelfs bij betaalde seks met hen. Onderzoek van het WODC heeft uitgewezen, dat het Om in 49 procent van de gevallen een lager straf heeft geëist dan de richtlijnen uit 2015. Ook zijn er achterstanden in de afhandeling van zedenzaken.
“Absoluut onaanvaardbaar en onrechtvaardig”, zei Joost Eerdmans van JA21. Ook de VVD, CDA, SGP en ChristenUnie vroegen zich af waarom de eisen en straffen zo ver staan van de richtlijnen. Deze handelingen hebben veel impact op slachtoffers en de hele samenleving. Zij willen dat minister Yesilgöz van Justitie met de procureurs-generaal en de rechters aan tafel gaat hierover.
De minister wil dat wel, maar gaf niet veel hoop op directe verandering, omdat het volgens haar niet de taak van de politiek is om eisen te stellen aan rechters Zij haalde aan dat er scheiding der machten is in Nederland, waardoor het OM en de rechtspraak een grote mate van vrijheid hebben op hun werkzaamheden. Wel zal zij bij de procureurs-generaal aandringen op een evaluatie van de richtlijn uit 2015, welke nog dit jaar moet geschieden.
Het OM zegt dat iedere zaak maatwerk is. Reden waarom men afwijkt van de richtlijnen is niet gegeven.
Opmerkingen van kamerleden:”Maar we hebben toch niet voor niets een taakstrafverbod?” “De minister kan toch wel vragen hoe het kan dat het zo afwijkt? Want het heeft wel impact.” Zij vinden dat Yesilgöz de zaak probeerde “weg te parkeren”. Er liggen 765 zaken langer dan zes maanden te wachten, terwijl deze al bij het OM moesten zijn. Niet minder dan 40 vacatures zijn nu open bij de zedenpolitie, omdat het moeilijk is om aan krachten te komen voor dit werk.
De bewindsvrouw wil op 25 april samen met de politie, het OM en de rechtspraak een bespreking om “concrete afspraken te maken en duidelijke normen op te stellen” voor snellere doorlooptijden bij zedenzaken.