De persvrijheid gaat er wereldwijd op achteruit en de vrijheid van meningsuiting is voor andere mensenrechten niet de motor die ze zou moeten zijn. Dat heeft de Internationale Federatie van Journalisten (IFJ) dinsdag gezegd aan de vooravond van de dertigste verjaardag van de Werelddag van de Persvrijheid op woensdag 3 mei.
“Van Peru tot Iran, van Soedan tot Afghanistan, overal nemen regeringen drastische maatregelen om de vrijheid van meningsuiting aan banden te leggen en het recht van het publiek op informatie te belemmeren, bijvoorbeeld door de toegang tot het internet te beperken, door journalisten te slaan, te intimideren en op te sluiten, door het controleren van mediacontent en door het invoeren van draconische wetten voor onder andere de media, gericht op het beperken van de vrije informatiestroom”, hekelde IFJ-voorzitter Dominique Pradalié.
Volgens de trieste balans van de organisatie werden vorig jaar 68 journalisten vermoord. “In zeer weinig gevallen volgde er nadien een onderzoek, want de voorbije jaren was straffeloosheid de regel wat betreft moorden op mediaprofessionals”, aldus de journalistenfederatie.
De organisatie wees voorts op de “voortdurende repressie” ten aanzien van media en de opsluiting van journalisten. Zo verdwenen in 2022 minstens 375 journalisten en andere mediaprofessionals achter de tralies. China is wat dat betreft de grootste gevangenis ter wereld geworden voor journalisten, verklaarde de IFJ.
Ook “in landen als Afghanistan, Iran, Hongkong, Myanmar, Peru, Soedan, Oekraïne en Jemen werden tijdens de aanhoudende oorlogen en burgerlijke onrust journalisten tot een opzettelijk doelwit gemaakt en gedood. Zo zijn dertien journalisten vermoord sinds Rusland op 24 februari 2022 Oekraïne binnenviel. Duizenden Afghaanse journalisten en hun families hebben hun land moeten verlaten omdat ze de dood riskeerden”, aldus de vereniging.
Naast fysieke bedreigingen werden honderden journalisten ook het slachtoffer van digitaal toezicht en spyware, vaak bedoeld om “hen het zwijgen op te leggen”. Ze liepen daarbij bovendien ook het risico dat hun verblijfplaats, persoonlijke gegevens en bronnen openbaar werden gemaakt.
Op sociaal vlak resulteerden de fragiele media-economie, de teloorgang van het lokale nieuws en de zwakke syndicale vertegenwoordiging in zware bezuinigingen op redacties, met massaontslagen en een toenemende discriminatie van de meest kwetsbare categorieën journalisten tot gevolg.
De journalistenfederatie riep tot slot, in het licht van deze sombere vaststellingen, op om dringend een “echt bindend internationaal instrument goed te keuren dat de persvrijheid moet versterken door regeringen te dwingen” de moord op journalisten te onderzoeken, de daders ervan te veroordelen en te reageren op aanvallen op de media.
Bron: Belga
Ingezonden : Ahmad Jhawnie
