De parlementsverkiezingen in Pakistan hebben geen duidelijke winnaar voortgebracht, wat de reeds bestaande onzekerheid over de toekomst verder heeft vergroot.
De grootste partij is de PML-N van oud-premier Sharif, met 75 zetels, gevolgd door de PPP van oud-minister van Buitenlandse Zaken Bhutto Zardari, die tweede werd met 54 zetels. Dit aantal is echter onvoldoende om samen een regering te vormen.
De situatie wordt gecompliceerd door het feit dat 101 zetels naar onafhankelijke kandidaten zijn gegaan, waarvan 93 de voormalige premier Khan steunen. Khan en zijn partij werden uitgesloten van deelname aan de verkiezingen, aangezien Khan momenteel gevangenisstraffen uitzit wegens corruptie, het lekken van staatsgeheimen en een illegaal huwelijk.
Fraudeclaims hebben de situatie verder vertroebeld. Aanhangers van Khan beweren dat er in achttien districten geknoeid is met de uitslag, waarbij verliezende PTI-kandidaten naar de kiescommissie en rechtbanken zijn gestapt om een hertelling van de stemmen te eisen.
In reactie op de vermeende fraude hebben duizenden aanhangers van Khan en andere partijen snelwegen geblokkeerd, terwijl in het zuidwesten van het land een staking is uitgebroken als teken van protest.
