Ben Ferencz(Benjamin Berell Ferencz), de Joodse aanklager van de Neurenberg-processen is in de Verenigde Staten, Florida overleden op 7 april jongstleden. De laatste aanklager in processen, waarin oorlogsmisdadigers uit de Tweede wereldoorlog voor het gerecht werden gesleept is 103 jaar oud geworden. Hij werkte ook mee aan het ontstaan van het Internationaal Strafhof in Den Haag en hield hier zelf een slotpleidooi tegen Thomas Lubanga.
Antisemitisme in Europa bracht hem als baby van 10 maanden met zijn ouders naar de Verenigde Staten. Na een rechtenstudie aan Harvard sloot hij zich aan bij het legeronderdeel dat misdaden van de Tweede Wereldoorlog in Duitsland onderzocht. Zo was hij in de gelegenheid om in 1945 bewijzen te verzamelen ten aanzien van de concentratiekampen, die hem het gevoel gaven, dat hij “een kijkje in de hel genomen had”. Hij ontmoette overlevenden, en kreeg dus informatie uit de eerste hand.
Na zijn militaire periode sleepte hij de doodeskaders van de Nazi’s, de leiders van de Einsatzgruppen voor het gerecht in het Duitse Neurenberg. Zij wisten ruim een miljoen joden te vermoorden. Alle 22 leiders werden schuldig bevonden. Dertien werden ter dood veroordeeld.
Daarna zette Ferencz zich samen met een medeaanklager Telford Taylor via  diens advocatenkantoor in New York in voor compensatie van de Joden, de overlevenden van de Holocaust. De Nederlandse Spoorwegen besloot in 2019 de Joden te compenseren voor hun aandeel aan het antisemitisme.
Hij pleitte voor oprichting van het Internationaal Strafhof, welke ook kwam in 2002. Ferencz hield er op 91-jarige leeftijd een slotpleidooi in de zaak tegen Thomas Lubanga, die als eerste werd aangeklaagd via dit hof.
Benjamin Ferencz werd voor zijn activiteiten onderscheiden met onder andere de Erasmusprijs, die hij in 2009 ontving uit handen van prins Willem-Alexander. In 2017 mocht hij in Den Haag het Benjamin Ferenczpad onthullen.
Bron foto:NBC News
